Dankbaar aandenken aan

de heer
HERMAN DEBOECK

echtgenoot van mevrouw
Vera Helena Hendrix

geboren te Vilvoorde op 8 januari 1938
en overleden te Grimbergen op 24 september 2002
gesterkt door het sacrament der zieken

Vechten hoeft niet meer
pijn, verdriet bij 't denken aan scheiden
nu mag Hij je leiden
uit 't aards paradijs over 't hemelse veer

Ons laat je schatten aan herinneringen
aan de minzame vader die je was
de geur van elk boek dat je las
de rust die je vond in mooie dingen
werk van scheppende handen, d'eenvoudige natuur
woorden dichten, psalmen zingen
bezield in al wat je deed, tot 'uiterste uur

'Eenvoud siert', Noblesse Oblige,
ode aan Vlaanderen, overtuigd geloof
rechtvaardigheid hoog in 't vaandel
zo grootgebracht, gegrift in ons hoofd

Vechten hoeft niet meer
laat ons in oprechte dank aanvaarden
jouw korte tijd bij ons, hier op moeder aarde
rust nu maar, Grimbergens liefste heer



Adieu, Herman, lieve vriend…

Zoals de herfstwind in de bossen
Elk blad zijn laatste greep doet lossen
En geruisloos neerlegt in de aarde
Die al dat groen pas in de lente baarde,
Zo ben jij, heel stil, ook van ons weggegaan…
God, wat hebt Gij ons toch aangedaan…

Ik wou nog een keer jou omarmen
Maar durfde niet, ocharme,
Had de moed niet, ik was laf :
De vriendschap die jij ons gaf
Zo vaak en telkens weer
Heb ik deze keer
Voor mij alleen gevonden.
God, vergeef mij deze zonde…

Wat zeg ik Vera, aan je kinderen voortaan
Die verslagen bij je lijkbaar staan ?
Zij moeten je missen, elke dag,
Help mij, als ik vragen mag,
Ik schrijf mijn woorden achterstevoren
Omdat ik ze niet wil horen,
Mijn zinnen binnenste buiten
Want mijn verdriet is niet te stuiten,
Verhoor mij God, komaan,
Wat hebt Gij ons toch aangedaan…

Herman, leer ons leven
Zoals jij het voorbeeld hebt gegeven
Met zoveel kleine dingen,
Leer ons biddend zingen,
Leer ons dat je nog bestaat
In de leegte die je achterlaat.
God, sluit hem als een eigen kind
In je armen, dat hij geluk en vrede vindt…

Adieu, Herman, lieve vriend…

Ward Cloet, 28 september 2002.




Beste familieleden en vele vrienden van Herman,
Mag ik U namens het gregoriaans abdijkoor van Grimbergen ons medeleven betuigen bij het overlijden van onze dierbare vriend en een toegewijd koorlid Herman . Na Raf Borra, Frans Adams en Hugo Goovaerts is Herman het vierde dierbare koorlid die ons ontvalt. Herman kwam ongeveer dertig jaar geleden bij het koor toen dat nog in zijn kinderschoenen stond. Hij kon geen noot lezen maar met behulp van cassettes die Gereon volzong leerde hij gaandeweg de gezangen. Spoedig kende hij alle gezangen van het Kerkelijk Jaar uit het hoofd. De zondag was heilig voor hem en een repetitie op donderdag werd zelden gemist.. Hij bezielde het koor, hij was een voorbeeld zonder ooit belerend te zijn. Zijn sereniteit, concentratie en toewijding op de repetitie en tijdens de Hoogmis werkte aanstekelijk. Herman durfde vanuit de inhoud van de liturgie vragen om andere accenten te leggen of ’s trager te zingen steeds om de liturgie op de eerste plaats te stellen. Bij Herman gold “zingen is tweemaal bidden” als bij geen ander en dat hoorden we telkens weer in zijn bezielde stem. Om de onderlinge banden aan te sterken, kwam Herman met het initiatief om elke maand een zogenaamde Maandbrief te verspreiden : om de beurt zou eenieder koorlid een maandelijkse bijdrage verzorgen. Ook zouden alle afspraken, gezangen doorheen het jaar , audities, waar en wanneer, erin vermeld worden. Intussen zijn we aan maandbrief 315 Herman was onze eerste voorzitter voor het woord voorzitter in de mond genomen werd. Zijn grootste passie en vreugde was de rijkdom van een eeuwenoude cultuur in stand te houden en aan anderen door te geven, was betekenisvolle gezangen te mogen brengen tijdens de liturgie in onze mooie abdijkerk die Herman zeer nauw aan het hart lag.Herman zong met een prachtige, glasheldere stem, als voorzanger en als zanger. Soms fungeerde hij als plaatsvervangend dirigent maar altijd sereen, met respect en met overgave die getuigde van een rotsvast Geloof. Bij een auditie konden we steeds op Herman rekenen voor een lezing, poëzie of proza die hij, als geen ander beklijvend kon brengen. Herman stond volledig achter het koor en hij was een ruggesteun als er al ’s een haar in de boter zat. Bij Herman kon je steeds terecht en menig koorlid ging bij hem om goede raad. Dat was tekenend voor Herman : hij kon luisteren en vervolgens gevat, met weinig woorden de kern van de zaak naar voren brengen en glashelder van een ogenschijnlijk groot probleem, een voetnoot maken. We zullen hem missen, omwille van zijn vriendschap, wijsheid, toewijding en trouw. Omwille van zijn liefde voor het gregoriaans en voor het koor in het bijzonder. Velen hebben dankzij Herman niet alleen de liefde ontdekt voor deze hemelse muziek. Hij heeft velen zijn liefde bijgebracht voor Grimbergen en haar geschiedenis , voor Vlaanderen en haar rijke verleden, voor Gezelle, Van Wilderode en vele anderen. Herman heeft ons verrijkt, begeesterd en gesterkt in ons geloof. Daarom zijn we hem dank, trouw en navolging verschuldigd. We zullen hem missen, elke donderdag maar vooral elke zondag waarbij hij als eerste uit de sacristie naar buiten schreed onder de woorden
“procedamus in pace”. Herman : moge die vrede, nu, jouw deel worden.

Namens het Gregoriaans abdijkoor van Grimbergen,
Hans vander Perre.