5de PAASZONDAG Introïtus: Cantate Domino canticum novum, alleluia, quia mirabilia fecit Dominus, alleluia: ante conspectum gentium revelavit justitiam suam. Alleluia, alleluia. Zingt voor de Heer een nieuw gezang want wonderen heeft Hij verricht; zijn gerechtigheid heeft Hij doen kennen: alle volkeren hebben ze aanschouwd, alleluia, alleluia. Ps. Salvabit sibi dextera ejus: et brachium sanctum ejus. Ps. Zijn hand deed zich krachtig gelden, de macht van zijn heilige arm. Gloria Patri ... Eer aan de Vader ... Alleluia: Christus resurgens ex mortuis, jam non moritur: mors illi ultra non dominabitur. Christus, eenmaal uit de doden verrezen, sterft niet meer: over Hem heeft de dood geen macht meer. Communio: A-jaar Tanto tempore vobiscum sum, et non cognovistis me? Philippe, qui videt me, videt et Patrem meum, alleluia: non credis quia ego in Patre et Pater in me est? Alleluia, alleluia. Al zolang ben ik bij u en nog kent gij me niet? Filippus, wie Mij ziet, ziet ook mijn Vader. Gelooft gij niet dat ik in de Vader ben en de Vader in mij is? Alleluia. Communio: B- en C-jaar Ego sum vitis vera et vos palmitis: qui manet in me, et ego in eo, hic fert fructum multum. Alleluia, alleluia. Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Wie in Mij blijft en Ik in hem, draagt rijke vruchten. Alleluia, alleluia.